20e Zondag door het jaar:
Jeremia 38, 4-10; Lucas 12,49-53
Het kan verwondering wekken als wij de woorden die Jezus vandaag
tot ons spreekt vergelijken met wat Lucas schrijft over het
verschij-nen van Jezus op aarde. Toen werd er gezongen van ‘vrede
op aarde voor allen die God liefheeft’, maar past die vrede bij
wat wij vandaag horen: ‘ik ben geen vrede komen brengen, maar
juist verdeeldheid’. Over wat voor een soort ‘vrede’ gaat het
eigenlijk?
Het is 50 jaar geleden dat het legendarische festival Woodstock
plaatvond. Ik zag daarover een interview met de organisator ervan
en hij vertelde dat het een poging was om in een tijd waarin
Martin Luther King en John Kennedy vermoord werden en de
verschrikking van de oorlog in Vietnam mensen soms wanhopig
maakten iets te organiseren waarin voelbaar werd dat mensen
ondanks hun onderlin-ge verschillen op een vredige manier kunnen
samenzijn. Wonderlijk genoeg vond het festival plaats in Bethel
wat ‘huis van God’ bete-kent!
Het Hebreeuwse woord shalom heeft alles te maken met een
samen-leving waarin mensen tot hun recht kunnen komen, waarin er
ruimte is voor gerechtigheid, respectvolle verhoudingen tussen
mensen, de dieren en de natuur om ons heen. Het scheppingslied in
het begin van het boek Genesis laat dat heel goed zien en kan
model staan voor wat er met shalom bedoeld is. Op de zevende dag
waarop God rustte van al zijn werken zag hij dat het goed, ja zeer
goed was. Daarom moet de sabbat gevoerd worden om ons van de
bedoeling van ons leven bewust te worden!
Het verschijnen van Jezus onder ons staat in dienst van die goede
aarde in gerechtigheid en vrede en daarom herinnert hij ons in
zijn prediking gedurig aan de ware bedoeling van leven en
samenleven. Hij scherpt ons als een profeet die bedoeling ervan in
en waar dat niet gerealiseerd wordt