De derde Zondag van de Advent noemen we ook wel Zondag Gaudete – Verheugt u!! Juist in deze periode, waarin de dagen het kortst en de nachten het langst zijn, klinkt VERHEUGT U.
En behalve de donkere dagen (letterlijk) is er vandaag de dag in onze wereld niet zo veel reden om te roepen: Verheugt u! Is dat een doekje voor het bloeden?? Heb je daar wat aan als alles zwart en donker is? Wij weten allemaal dat wij niet met dit soort dooddoeners aan moeten komen als er iets ergs gebeurt.
Het Rijk Gods lijkt er niet voor de mensen in Gaza, die van huis en haard verdreven zijn en het ene na het andere bombardement over zich heen horen komen.
Het Rijk Gods lijkt afwezig voor de mensen in Oekraïne die weer een winter de kou in moeten omdat door allerlei drones de elektriciteit iedere keer uitvalt.
Het Rijk Gods lijkt er niet voor de asielzoekers in Ter Apel die (in het gunstigste geval) op een stoel mogen slapen en niet buiten in het gras!
Het Rijk Gods lijkt afwezig voor al die mensen in Nederland die zich door de verkiezingsuitslag weggezet voelen als ‘iemand die niet in Nederland hoort’.
En zo zijn er dichtbij en ver weg vele situaties en plekken te noemen en zouden we kunnen concluderen dat 2023 geen jaar van genade is/was!!
Maar hoe zit dat met ons? Kunnen wij / mogen wij dit alleen maar constateren en kijken naar alle moeilijkheden en pijnmomenten? Voorop gesteld: wij mogen ze niet bagatelliseren!! Maar daarnaast hebben wij als christenen de opdracht én de mogelijkheid verder te kijken. Wellicht kunnen Jesaja en Johannes ons iets laten zien/een andere kijk geven.
Deze twee profeten leefden in totaal verschillende periodes waar het ook geen pais en vree was. Het deel van Jesaja, dat we vandaag hoorden, is uit een bundel profetische teksten uit de periode na de ballingschap. De ‘armen’ en de ‘gebrokenen van hart’ tot wie Jesaja spreekt, zijn de Joodse ballingen terug in Jeruzalem. Ze waren verdreven, terug in hun land, maar vinden het niet zoals ze het achter hebben gelaten. Jesaja wil deze mensen een hart onder de riem steken: ‘ik kom genezen wier hart gebroken is, ik kondig een jubeljaar aan. Mijn God heeft mij bekleed met de mantel der gerechtigheid’. Jesaja wil zo zijn mensen in deze deplorabele situatie hoop en toekomst geven. Twee maal gebruikt hij het woord ‘tsedeka’ (gerechtigheid) in de betekenis van heil en redding. De Bijbelse gerechtigheid is niet in de eerste plaats een juridisch term. Het betekent méér.: God maakt waar wat Hij/Zij beloofd heeft, ieder mens heel maken en tot recht laten komen, met een voorkeur voor hen die achterop lopen.
De Evangelist Johannes ziet in Johannes de Doper in de eerste plaats een getuige, om te getuigen van het Licht, de Goddelijke zending van Jezus en zijn heilsbetekenis voor de wereld. Hij gaat Jezus vooraf, is de wegbereider en staat naast Hem. Johannes staat in de spanning van het ‘reeds’ en het ‘nog niet’. Midden onder u staat Hij die gij niet kent! De paradox van het leven, de paradox van Advent. We zien het (nog) niet, het is er wel en misschien wel zo dichtbij dat wij ons al voorzichtig mogen verheugen. De Messias heeft zich nog niet geopenbaard maar overal zijn er al tekenen van zijn naderende komst.
Er zijn kleine lichtpuntjes: zoals onlangs hier de Vredeswandeling op zaterdagmiddag. Al die mensen die zich inzetten om de voedselbanken en kledingbanken te bemensen. Mannen en vrouwen die ernstig ziek zijn en waar veel zorg voor is vanuit de buurt en eigen omgeving. Moslims, Joden en Christenen die in Amsterdam samen Chanoeka vieren. En kinderen en kleinkinderen die ons voorleven voorzichtig om te gaan met het klimaat en bv al vegetariër zijn.
Als wij goed om ons heen kijken en ons niet laten verblinden door haat en nepnieuws kunnen wij iets zien gloren. Teksten en liederen worden ons aangereikt: wordt het Magnificat van Maria zoals we dat zongen in de antwoordpsalm misschien bewaarheid.
Zowel Jesaja als de Evangelist Johannes én Johannes de Doper wijzen ons daarop. Het is onze inzet om ruimte te vinden in onszelf en in anderen om plaatsen van hoop te realiseren, te herkennen en wellicht te voltooien. Die hoop en die vreugde kunnen ons helpen om het uit te houden in dit spanningsveld. Wij zijn allen geroepen om een levende verwijzing te zijn en te getuigen van HET LICHT.
In wie recht doen aan elkaar, worden oude woorden waar.
Verheugt u, nieuwe toekomst gloort.